Woningmarkt zit muurvast – waarom extra koopwoningen de sleutel zijn

De woningmarkt zit klem. Of je nu huurt of koopt: de krapte is overal voelbaar. Uit recent onderzoek van ING blijkt dat vooral veel huurders eigenlijk liever een koopwoning zouden hebben, maar die niet kunnen betalen. Daardoor raken álle sectoren – van sociale huur tot vrije sector – steeds verder verstopt.

Huurders willen kopen, maar kunnen het niet

Bijna de helft van de mensen die recent verhuisden naar een huurwoning, geeft aan dat ze eigenlijk wilden kopen. De reden dat het niet lukt? Financiële beperkingen. De huizenprijzen zijn hoog, het aanbod is beperkt en met een jaarinkomen van 50.000 tot 100.000 euro red je het vaak niet om een geschikte koopwoning te vinden – zeker niet als je een gezin hebt.

Veel van deze huurders zitten nu in de midden- of vrijehuursector, waar de huren al snel boven de 900 euro liggen. Toch worden ook daar de keuzes beperkter. Sinds de overheid strengere regels invoerde voor particuliere verhuur, trekken veel verhuurders zich terug. Gevolg: minder aanbod, hogere huren, en nóg minder doorstroming.

Sociale huur raakt overvol

De sociale huursector is inmiddels overbelast. Starters willen er graag terechtkomen, vanwege de lagere huurprijzen en de flexibiliteit. Maar de wachtlijsten zijn lang, terwijl er te weinig nieuwe woningen bijkomen. En juist doordat mensen uit de vrije sector niet kunnen doorstromen naar koop, blijven zij ook in die huurwoningen zitten. Zo ontstaat er een domino-effect van vastzittende woonstromen.

Waarom koopwoningen het verschil kunnen maken

Volgens ING en experts zoals hoogleraar Peter Boelhouwer (TU Delft) is er een duidelijke oplossing: bouw meer koopwoningen. Daarmee ontstaat er ruimte in de koopsector, waardoor huurders kunnen doorstromen, en hun huurwoning weer vrijkomt voor anderen.

Extra koopwoningen kunnen zo de hele woningmarkt in beweging brengen.

Maar dan moeten het wel de juiste woningen zijn. Op dit moment ligt de nadruk in de bouw nog vaak op kleine appartementen voor starters. Terwijl juist gezinswoningen en seniorenwoningen voor meer doorstroming zorgen. Als ouderen de stap kunnen maken naar een geschikte woning, komt hun vaak ruime koopwoning beschikbaar voor jonge gezinnen.

De balans is zoek

Wat duidelijk wordt uit het onderzoek: de woningmarkt is niet alleen krap, maar ook uit balans. Er zijn te weinig woningen in alle sectoren, maar vooral het aanbod dat mensen écht nodig hebben – betaalbare koopwoningen en gezinsvriendelijke huurwoningen – is schaars.

De conclusie? Bouw meer woningen, ja. Maar vooral koopwoningen die passen bij de behoeften van huurders die nu vastzitten. Want pas als zij kunnen doorstromen, komt er lucht in het hele systeem.

Bron bekijken